donderdag 22 november 2012


'Oh What a FOOL I was!, I wrote when the truth came out.
Last night a voice said: Be a Fool! Don't be a realistic!'
Stay the way you are!'

What a wonderful feeling this is... 
Be a fool be a fool be a fool!

Vanmiddag kocht ik in de sfeer van 'Veel veel, lekker veel! de Happinez en lees daar in het interview het Ton van der Kroon het volgende over de Fool:

'Is er nog hoop?', wil ik daarom als eerste van hem weten. Hij lacht om de directheid van mijn vraag, is even stil en zegt dan:
'In de film "The Lord of the Rings' zit een scene waarin hobbit Pepijn aan de wijze magier Gandalf dezelfde vraag stelt. Het is het moment dat zij voor de grote strijd om de Midden-Aarde staan. Het antwoord van Gandalf luidt: 
There was never much hope. Just a fool's hope.'

Archetypisch gezien spreekt hij hier over de kracht van de dwaas, de fool, degen die naief is en zich onbezonnen in het avontuur stort, ongeacht de consequenties. Maar het is juist de fool's hope die in de moeilijkste situaties nodig is om door te gaan.'

Pasted Graphic.tiff
(Uit de Happinez nummer 7, interview met Ton van der Kroon)


De Dwaas – Symboliek
Dit is de nulkaart. Deze kaart symboliseert de oneindige potentie die kracht geeft aan de schepping van de realiteit. Nu is er nog niets en dat betekent dat alles nog kan en staat te gebeuren. Op die wijze is in de nul ook alles al aanwezig. Snel zullen met die enorme macht verstrekkende keuzes gemaakt worden.

De jongeman kijkt niet waar hij loopt dat staat voor het nemen van spontane en ongeplande acties. Hij heeft zijn hoofd in de lucht vol van optimistische verwachtingen. De zon schijnt en de lucht is geel. De wereld is vol licht en alles is dus kenbaar, de gele lucht staat voor de rede, waarmee de jongeman snel tot inzicht kan komen. De witte roos staat voor het verlangen van de dwaas dat rein en zuiver is, het hemd van de jongeman is wit om aan te geven dat hij nog een onschuldig en onbeschreven blad is. Het witte hondje dat naast hem opspringt verbeeld het onderbewuste dat wel degelijk zicht heeft op de weg voor de jongeman. Het is het instinct dat hem beschermt tegen al te grote risico’s en ervoor zorgt dat de afgrond hem niet fataal wordt.
In de knapzak zitten de talenten en de vaardigheden van de jongeman. Deze zal hij aanwenden om de realiteit vorm te geven, om de potentie om te vormen in werkelijkheid. Voor nu zijn
ze nog opgeborgen en ongebruikt. Dit is de kaart die het goddelijke in ons weergeeft en de onbegrensde mogelijkheden van het nog ongevormde.